Beducht op het Galliër-effect

Beducht op het Galliër-effect

OLDENZAAL/DEN HAAG – “Je moet vermijden dat je jezelf als gemeente inkapselt. Dat is in deze tijd onmogelijk. Ik zou mij niet kunnen voorstellen zonder nauwe samenwerking met Enschede, Hengelo, Almelo, Borne, Dinkelland en Losser”. Mike Oude Remmerink, raadslid van de Oldenzaalse lokale partij Werknemers Groepering (WG) over hoe beducht is voor het Galliër-effect in de Twentse samenwerking. Aflevering 15 van de serie “In de ban van regionale samenwerking”

Een actie voor het behoud van een speeltuintje was voor Mike Oude Remmerink (geboren in 1989), toen amper 11 jaar, de eerste keer dat hij in aanraking kwam met het lokale bestuur. Gesecondeerd door zijn opa schreef hij een brief aan de burgemeester, met het verzoek de speelplaats te behouden. “Zo werd mijn belangstelling voor politiek al vroeg gewekt”.

Opa actief in doorbreken machtsinstituties

Opa was lid van de Werknemers Groepering Oldenzaal (‘WG’), een van de lokale partijen van het eerste uur. Eind jaren zestig opgericht uit onvrede over het sterk verknoopte katholieke machtsbolwerk van politiek, bedrijfsleven en geestelijkheid. WG wilde een voet tussen de deur krijgen en werd een symbool van de emancipatie van de Twentse arbeiders, veelal werkzaam in de textielindustrie. De oprichters wisten al vlot twee raadszetels te bemachtigen en wisten de machtspositie van de roomse instituties te doorbreken.

Ook Oude Remmerinks grootvader stond aan de machines in de textiel, en kreeg later een leidinggevende functie. Toen het bergafwaarts ging met de eens bloeiende nijverheid, was hij volgens zijn kleinzoon zeer bekommerd over “hoe de mensen terecht zouden komen”. De textiel verdween, WG Oldenzaal bleef en groeide, met op haar hoogtepunt (2002) twaalf zetels. Nog steeds zitten de Oldenzaalse lokalo’s stevig in het zadel. Met een 9-koppige fractie op een totaal van 23 raadsleden en twee wethouders heeft de Werknemers Groepering Oldenzaal echt wat in de melk te brokkelen.

Als raadslid wat betekenen voor jongeren

Het voorbeeld van opa zette Oude Remmerink op het spoor van lokale politiek; hij wilde wat betekenen voor zijn stad ‘en dan met name voor jongeren. Die wilde ik graag een stem geven. Ik zie veel jongeren die verdwaald zijn”.

De keus voor WG lag voor de hand, maar was geen automatisme. Ten tijde van zijn aanmelding vroeg hij zich af waar die partij staat in het politieke spectrum en of dat bij hem paste. “Vanouds is het een partij voor mensen met een smalle beurs en niet alleen voor de elite. Dat vond ik een mooie gedachte”.

Brede volkspartij met sterke lokale wortels

Nu doet het er voor hem niet meer zo toe of WG ‘links- dan wel rechtshandig’ is. “We zijn vooral pragmatisch en uitgegroeid tot een brede volkspartij, met sterk lokale wortels”. Dat laatste heeft volgens hem vooral voordelen: “We hoeven ons niet constant af te vragen wat het landelijke hoofdbestuur vindt van een standpunt, en kunnen keuzes maken voor onze eigen stad. Aan onze zichtbaarheid danken we ons electorale succes. We bestaan uit mensen die niet van opsmuk houden en makkelijk te benaderen zijn”.

De taal in de regio schept afstand

Oude Remmerinks motto is ‘lokale politiek dichtbij brengen’. In zijn dagelijks werk, als leraar levensbeschouwing/maatschappijleer op een VMBO-school, merkt hij dat verhalen uit de politieke praktijk ook jongeren interesseren. Dat geldt volgens hem ook voor regionale samenwerking, ‘waar het taalveld al snel ingewikkeld is, waardoor het al snel afstandelijk wordt’. “Lokaal of regionaal, ik zie het als een opdracht dingen helder te vertellen”.

Thuis uitleggen wat je in de regio doet

‘Keuzes voor de eigen stad’ impliceert voor Oude Remmerink niet dat hij meer samen optrekken binnen Twente van de hand wijst. Integendeel, zegt hij. “Je moet beducht zijn op het Galliër-effect [naar het dorpje dat er als enige in slaagt de door de Romeinen beheerste wereld buiten te houden, red.] en vermijden dat je jezelf als gemeente inkapselt. Dat is in deze tijd onmogelijk. Ik zou me niet kunnen voorstellen zonder nauwe samenwerking met Enschede, Hengelo, Almelo, Borne, Dinkelland, Losser. Maar je moet thuis wel kunnen uitleggen wat je daar doet. Niet verkopen, want we zijn geen tweedehands autohandelaar en er valt niks te verkopen”.

Verschuilen achter het regiobestuur was niet prettig

Korte tijd had Twente een regioraad waarin Oude Remmerink zelf ook zat maar met de introductie van de nieuwe Wet Gemeenschappelijke Regelingen die sinds 2015 van kracht is, sneuvelde die regioraad voor een collegeregeling.

Oud Remmerink, die zitting heeft in het regiopresidium, is er niet rouwig om. “Ik vond de regioraad als bestuurslaag onnodig, al deden de portefeuillehouders in de raad ontzettend hun best. Maar zelf had ik vaak het gevoel dat ik het huiswerk van het college opnieuw zat te doen. Voorstanders benadrukten de democratische legitimiteit, als gevolg van de taakoverdracht. Maar als je in je eigen raad ter verantwoording werd geroepen, kon je je altijd verschuilen achter het dagelijks bestuur van de regio. Dat vond ik niet prettig. Als je beslissingsbevoegdheid hebt, moet je ook de verantwoordelijkheid durven dragen. Verder vroegen de onderwerpen op de agenda van de regioraad om specialisatie. Je kunt niet van één raadslid verwachten dat die het hele terrein, van financiën, tot toerisme en recreatie en ruimtelijke ordening, overziet. En de stukkenstroom van de regioraad vond ik ook wel heftig. Die hebben we nu veel meer gekanaliseerd door voorselectie door het regiopresidium”.

Infrastructuur verbeterd dankzij Agenda van Twente

De veertien Twentse gemeenten hebben het afgelopen decennium samen 80 miljoen euro gestoken in de ‘Agenda van Twente’, een investeringsagenda bekostigd uit het dividend van afvalverwerker Twence. De ‘agenda’ loopt na 2017 ten einde; over het vervolg moet in het voorjaar besloten worden.

Oude Remmerink: “De Agenda van Twente heeft ons veel opgeleverd, vooral op het gebied van infrastructuur. Onze investering van 80 miljoen heeft een stevig vliegwieleffect gekregen in de vorm van cofinanciering”. 

Zorg en jeugdhulp kun je onmogelijk alleen doen

Werkgelegenheid en het sociale domein zijn, zoals in iedere gemeente, grote thema’s in Twente. Zo werken de Twentse gemeenten nauw samen op het gebied van zorg en jeugdhulp. “Ik kan me niet voorstellen dat je dat als gemeente zelf oplost, dat is onmogelijk. Prachtig dat al die gemeenten nu over hun eigen schaduw heen stappen en zeggen: we houden elkaar vast en gaan dit karwei zo goed mogelijk aanpakken en van elkaar leren”. 

Dit artikel is onderdeel van de reeks 'In de ban van Regionale samenwerking'. Alle artikelen uit deze reeks:

  1. Zonder regioraad meer raadsbetrokkenheid?
  2. Een motie voor meer samenwerking
  3. Gaan de Drechtsteden aan democratie ten onder?
  4. Tussenstand: helderheid in de mist
  5. Een regioraad met louter raadsleden, een taai gevecht in Twente
  6. Nieuwe West-Brabantse raadsleden met procesafspraken meer grip op regio
  7. Wel samenwerken in Drechtsteden, geen bevoegdheden overdragen
  8. Twentse verwarring over een 'herfstcompromis'
  9. Regioraad Twente ter ziele
  10. Afstemming tussen 19 tinten blauw van West-Brabantse raden
  11. De lessen en tips van 2015
  12. Greep op de regio dient het lokale belang
  13. Het FC Twentegevoel van raadslid Vic van Dijk
  14. Oog en oor hebben voor onze inwoners, zowel lokaal als in de regio
  15. Beducht op het Galliër-effect
  16. Gemeenteraden Zuidoost-Brabant kiezen voor democratische betrokkenheid
  17. Je vertegenwoordigt een mix van lokaal- en regiobelang
  18. Greep op regionale samenwerking? Maak het politiek!
  19. Regionale samenwerking: liefde ontluiken, geen uithuwelijking
  20. Grenzeloos denken om meer voor je inwoners binnen te halen
  21. Informatie uit regio naar behoefte van raadsleden