
Bij een burgerberaad is draagvlak slechts bijvangst
Pakweg dertig coalitieakkoorden reppen van een burgerberaad als manier om burgers bij de gemeentepolitiek te betrekken. Goed idee, vindt Eva Rovers, die gemeenten hierover adviseert. Maar zorg voor een monitorgroep van inwoners die om de paar maanden met raadsleden bespreekt hoe het met de aanbevelingen van het beraad staat. ‘Als er contact blijft, zie je dat de aanbevelingen meestal de opvolging krijgen die beloofd is.’
‘Burgerparticipatie’ is een containerbegrip, meent Eva Rovers, medeoprichter van Bureau Burgerberaad. ‘Sommige raadsleden lijken te denken: ik heb voor vier jaar een mandaat en af en toe in gesprek gaan met inwoners is voldoende.’ Onjuist, vindt ze. Nu het vertrouwen in politici laag is, ‘is het van belang inwoners vertrouwen te geven door ze letterlijk om hulp te vragen.’
Gewogen loting
Rovers maakt zich er hard voor om inwoners van gemeenten via burgerberaden mee te laten beslissen over gemeentelijk beleid. Zo’n burgerberaad bestaat uit 100 tot 150 inwoners, gekozen via gewogen loting, die een goede afspiegeling van de inwoners van de gemeente vormen. Zo’n groep komt een aantal keren bij elkaar om via dialoog – niet via debat, beklemtoont Rovers – tot gezamenlijke aanbevelingen te komen.
Ambitieus vraagstuk
Niet dat burgerberaden altijd de beste manier zijn van bewonersparticipatie. ‘Een burgerberaad is een stevig instrument’, aldus Rovers. ‘Dat moet je vooral inzetten als er een ambitieus vraagstuk ligt, waar verschillende belangen een rol spelen en waar verschillende perspectieven op zijn. Denk aan de energietransitie of een herstructurering van een stad. Er zijn natuurlijk veel andere onderwerpen die je met een minder intensieve participatie kunt aanpakken.’
Warmtepomp
En bijvoorbeeld een plan om 200 woningen te bouwen? ‘De vraag is vooral: hoezeer ligt dat plan al vast? Stel: er moet een x aantal woningen bijkomen in deze gemeente. Hoe en waar gaan we dat doen? Aan welke voorwaarden moet dat voldoen? Dat kun je aan een burgerberaad overlaten. Maar als al duidelijk is: het moeten allemaal eengezinswoningen worden, ze moeten op die plek komen, en ze moeten allemaal een warmtepomp krijgen, dan is er niet zo heel erg veel meer om het over te hebben. En dat zie je nu nog te vaak. Gemeenten denken: oh leuk, een burgerberaad, maar dan eigenlijk om draagvlak te creëren voor besluiten of plannen die al best vergevorderd zijn. Dat is niet de bedoeling.’
Begrotingstekort
‘Draagvlak is belangrijk. Maar het doel van een burgerberaad is niet primair om draagvlak te creëren; dat is bijvangst. Het primaire doel is om wijsheid en de levenservaring en de verschillende perspectieven uit de samenleving op te halen om daarmee een zo goed mogelijk antwoord te geven op een groot maatschappelijk probleem.’ Een mooi voorbeeld vindt ze Zeist, waar inwoners via een burgerberaad meepraatten over het wegwerken van een begrotingstekort. ’90 procent van de aanbevelingen werd overgenomen’.
Wantrouwen
Dat is wel een dingetje: van tevoren moet duidelijk zijn hoe het gemeentebestuur de uitkomst van het burgerberaad meeneemt in zijn beslissing. Anders is de kans groot dat participatie wantrouwen jegens de gemeente voedt. Rovers: ‘Dat krijgen we vaak terug: dat inwoners uitgenodigd worden en zeggen: “Dat heb ik al zo vaak meegemaakt: er wordt van alles aan ons gevraagd, maar er wordt uiteindelijk niks mee gedaan.” Daarom is zo belangrijk dat van tevoren wordt afgesproken wat er achteraf mee gebeurt en hoe het plan van opvolging eruitziet.’ Volgens Rovers lukt het burgerberaden mensen met weinig vertrouwen in de overheid te laten meedoen, doordat ze ‘er vertrouwen in hebben dat er nu wél iets mee gebeurt met hun inbreng.’
Monitorgroep
Bindend is een burgerberaad nooit; de grondwet staat dat niet toe. ‘Maar je moet van tevoren goede afspraken maken en vooraf al een plan van opvolging formuleren, waarin je als politieke opdrachtgever duidelijk aangeeft: we geven – ik noem maar wat – twee maanden na afloop een reactie en na zes maanden een update, en een monitorgroep van deelnemers gaat om de paar maanden met raadsleden in gesprek gaat om te horen hoe het met die aanbevelingen staat. Als er contact blijft, dan zie je dat de aanbevelingen meestal de opvolging krijgen die beloofd is.’
Blinde vlekken
Ongeveer dertig coalitieakkoorden reppen momenteel van burgerberaden. Rovers is optimistisch. ‘Veel raadsleden gaan uit overtuiging de raad in, met het idee: ik wil iets betekenen voor de samenleving. Die zijn zich er bewust van dat veel inwoners zich niet gehoord voelen en dat we over andere vormen van democratie en participatie moeten nadenken.’ Rovers ziet ‘veel raadsleden die zeggen: “Ook wij hebben blinde vlekken.” Als je als raadslid vertrouwen hebt in je inwoners, dan weet je dat verreweg de meeste inwoners op een constructieve manier kunnen en willen meewerken en meedenken.’
Valkuil
Haast, zo waarschuwt Rovers tot slot, is bij het invoeren van een burgerberaad een valkuil. ‘Vaak duurt het lang voordat een gemeente tot een burgerberaad heeft besloten. En dan willen ze opeens heel snel beginnen. Dat werkt niet. Het is heel belangrijk dat mensen echt de tijd krijgen om zich het onderwerp eigen te maken, om met elkaar in dialoog te gaan en om deskundigen te horen. Dat zorgt ervoor dat er goede aanbevelingen kunnen uitkomen.’
Raad in Beweging
Raadsleden die willen reageren op nieuwe initiatieven voor burgerparticipatie kunnen daarover meepraten op het platform Raad in Beweging. Wil je weten wat Raad in Beweging inhoudt en wil je meepraten klik dan hier voor meer informatie.