Burgers inschakelen als informele waakhond en controleur met de raad
DEN HAAG – De raad kan in zijn rol als controleur van het gemeentebestuur niet alleen rekenkamers en auditcommissies inschakelen maar ook inwoners en media. De participatie van inwoners moet niet beperkt blijven tot het maken van beleid en burgerinitiatieven, maar burgers kunnen ook een rol hebben als controleur. De participatieladder moet daarom worden uitgebreid met een zevende trede die over controleren gaat. Dit blijkt uit het rapport ‘Kansrijk maar kwetsbaar’ dat de Nederlandse School voor Openbaar Bestuur (NSOB) heeft gemaakt in opdracht van de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden.
De NSOB werkt in het ‘Kansrijk maar kwetsbaar’ uit waarom burgers een belangrijke controlerende rol kunnen vervullen, de zogeheten burgeraudit. Met de burgeraudit kan de kennis van de samenleving ook worden ingezet op controle van het gemeentelijk beleid. Burgeraudit past logisch in het rijtje van burgerbegrotingen, buurtvisitatiecommissies, burgerjournalisten en burgerrekenkamers. “Burgeraudits vergroten de burgerbetrokkenheid, bieden veel kennis en kunde, geven inzicht in beleidsafwegingen en dienen als graadmeter voor de samenleving. Burgers fungeren als informele waakhond en factchecker. Burgers hebben bovendien de publieke opinie aan hun zijde”, aldus de auteurs Mark van Twist, Martijn van der Steen en Jurgen Schram van de NSOB.
Risico van burgercontrole voor de raad
Burgers inzetten is vanuit het overheidsperspectief als auditor (controleur) zeer kansrijk, maar niet zonder risico. Burgeraudits kunnen voor politiek en bestuur kwetsbaar zijn. De kwaliteiten van burgeraudits kunnen eenvoudig omslaan in valkuilen. Waar je meent de burgerbetrokkenheid te vergroten versterk je het gevoel van symboolparticipatie. Denk je net een vorm te hebben gevonden om de kennis en kunde van burgers te benutten, kan bij raadsleden de gedachte ontstaan dat zij overbodig zijn. Om burgeraudits tot een succes te maken is het van belang een vorm te zoeken die passend is gegeven de context en nauwgezet aan de goede kant te blijven van de dunne lijn tussen de kwaliteiten en valkuilen.
Burgerbegrotingen, buurtvisitatiecommissies, burgerjournalisten en burgerrekenkamers zijn slechts enkele voorbeelden van de vele initiatieven die zich ontpoppen in de praktijk van Nederlandse gemeenten. Burgeraudits zijn in dat kader mogelijk dichterbij dan gedacht. Om risico’s te voorkomen en te vermijden dat representatieve en participatieve democratie elkaar zowel versterken als verzwakken is het nodig tijdig duidelijke afspraken te maken, te experimenteren met verschillende vormen en daar waar nodig bij te sturen. Als dat gebeurt, kunnen ‘burgeraudits een versterking van de lokale democratie vormen. Niet als vervanging maar als aanvulling, invulling of opvulling’, aldus de auteurs in ‘Kansrijk maar kwetsbaar’.
Inwoners hebben een schat aan kennis en ervaring
De inwoners meer en vaker inzetten voor het bestuur is mogelijk door de digitalisering van de samenleving, de voortschrijdende innovatie en technologie in combinatie met de enorme hoeveelheid data waarover de overheid beschikt. ‘Door deze data open te stellen kunnen burgers op een andere, en in de huidige tijdgeest misschien wel meer passende manier betrokken worden bij het openbaar bestuur. Binnen de samenleving beschikken veel burgers namelijk over specifieke, bruikbare expertise die kan helpen bij het controleren en evalueren van beleid. Deze schat aan kennis en ervaring die in de maatschappij voorhanden is, laten we nu nog onbenut. Burgers kunnen op allerlei terreinen als auditor worden ingezet om zo de controle en evaluatie naar een hoger niveau te brengen én de burgerbetrokkenheid bij de lokale democratie te vergroten’, aldus het rapport.
Burgeraudit als extra controle-instrument
De ontwikkelingen in het openbaar bestuur en het publieke domein zorgen voor een veranderde verhouding tussen de overheid en de samenleving en wijze waarop zij interacteren. Er zijn steeds meer andere partijen dan de overheid die zich bezighouden met het controleren van beleid, waaronder ook burgers. De ontwikkeling van burgeraudits past binnen deze trend. Een burgeraudit functioneert op deze manier als informele buitenring van het systeem van controle en verantwoording, zo blijkt het rapport. Burgeraudits vormen een belangrijk onderdeel van de checks & balances van het gemeentebeleid en hebben als doel gemeentebeleid niet alleen te toetsen, maar ook te beoordelen. Een nieuwe vorm van burgerparticipatie, in de vorm van een dergelijke burgeraudit, zorgt zo voor meer democratische controle.
Participatieladder uitbreiden met zevende trede
Uit het rapport blijkt dat in Nederland de meest bekende participatieladder uitgaat van vijf participatieniveaus, namelijk informeren, raadplegen, adviseren, coproduceren en meebeslissen. Zelfbeheer is daaraan toegevoegd als het zesde participatieniveau. In “Kansrijk maar kwetsbaar” wordt controleren als zevende tree toegevoegd want, “de participatie aan de achterkant van het proces, namelijk de controle en evaluatie, ontbreekt. Een burgeraudit functioneert meer binnen de achterkant van het proces, waardoor de Nederlandse participatieladder vraagt om een extra, zevende niveau, namelijk controle. De aangepaste participatieladder geeft dan ruimte voor burgers om ook deel te nemen aan de achterkant van het beleidsproces.’
Het rapport adviseert het bestuur om bereid te zijn tot het steken van positieve energie in dergelijke nieuwe vormen van participatie. Daarnaast moet het bestuur in staat zijn bepaalde initiatieven uit handen te geven en een juiste houding aannemen ten opzichte van dergelijke initiatieven. Het is verstandig om te blijven experimenteren met dergelijke initiatieven, om zo tot een ideale burgerauditvorm te komen.
Voor wie het gehele rapport Kansrijk maar kwetsbaar wil lezen klik hier.