‘De raad is de hoeder van zichzelf’

‘De raad is de hoeder van zichzelf’

‘Je bent als gemeenteraad zelf zo krachtig als je wilt zijn, want de raad is de hoeder van zichzelf’. Dit is volgens Mark den Boer, voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden, de conclusie die getrokken kan worden na aanleiding van het seminar ‘Wijzer met Raadsleden’, welke afgelopen vrijdag, 30 oktober, plaats heeft gevonden in de Raadszaal van Utrecht.

⇒ Download

Dit seminar stond in het teken van de toerusting van raadsleden en welke rol daarvoor is weggelegd voor de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden. De Utrechtse raad had de eer de middag te openen. Vicevoorzitter Queeny Rajkowski opende de middag met een aantal interessante feiten over de Raadszaal en het stadhuis, waarna gemeenteraadsleden het woord kregen om te vertellen over hun ervaringen als raadsleden en wat zij van dit seminar hopen mee te krijgen.

Inspanning en ondersteuning

Jean Eigeman, auteur van het rapport ‘Wijzer met Raadsleden’, vertelde vervolgens over de belangrijkste kern –en knelpunten in de toerusting van raadsleden, en hoe positieve ontwikkelingen  hierin goed kunnen zijn voor het behoud van de democratie. Want, zo stelt Eigeman, ‘’willen we een vitale democratie zijn, vergt dat inspanning en ondersteuning,’’ En in dat laatste, ‘inspanning en ondersteuning’, schort het in veel gemeenteraden aan.

De knelpunten die Eigeman benoemde, zijn knelpunten die de lokale democratie en de positie van de raad verzwakken. Zeker met de ontwikkelingen binnen het sociaal domein - en de trend van steeds meer taken van overheid naar gemeenten – dienen raden en raadsleden meer ondersteund te worden. Immers, ‘de raad is het hoogste orgaan en neemt steeds vaker besluiten over essentiële zaken’. Maar hoe wordt die adequate toerusting vormgegeven? Welke instrumenten kan men inzetten?

Kern –en knelpunten

Op de eerste plaats dient er een Raadsacademie te komen. Dit moet een soort leernetwerk zijn, bijvoorbeeld aangeboden door de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden, waarbij er plaats is voor diverse vormen van opleidingen, trainingen en informatievoorzieningen, wat raadsleden toerust op het gebied van kennisontwikkeling en wat moet leiden tot verbindingen binnen en het versterken van de lokale democratie.

Op de tweede plaats pleitte Eigeman voor een Raads-Advisor, naar het idee van Trip-Advisor.  Dit moet vormgegeven worden in een tool waarbij raadsleden, net zoals dat bij diverse reviewsites het geval is, hun ervaringen kunnen delen wanneer ze aan toerustingsactiviteiten hebben deelgenomen. Toerustingsactiviteiten zijn dan in deze onder meer genoten cursussen en opleidingen. 

Op de derde plaats moet er, naast een Raads-Academie en Raads-Advisor, ook een competentietool beschikbaar worden gesteld voor raadsleden waar duidelijk wordt gemaakt wat de veranderingen zijn binnen het werk van een raadslid en waar raadsleden dus aan dienen te voldoen. Naast deze drie punten, kent het rapport meer aanbevelingen. Een volledig overzicht hiervan is hier te raadplegen.

‘Te voet en te paard’

Naast de wijze van toerusting van raadsleden en hoe dit te bereiken, werd de middag vervolgd door Ton Dijkmans, bestuurslid van de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden en tevens raadslid van Cranendonck Actief, met de koers die de vereniging wil varen. De Nederlandse Vereniging voor Raadsleden wenst zoveel als mogelijk te doen ten behoeve van raadsleden, de positie die zij innemen in het politieke en de versterking van de lokale democratie.

Dijkmans voorziet voor de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden een belangrijke positie om raadsleden in die toerusting te voorzien. Maar daar is wel wat voor nodig, zo stelde Dijkmans: ‘’Om raadsleden sterker te kunnen vertegenwoordigen, moet de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden professioneler én beter toegerust worden. Mensen en toerusting zijn nauw verbonden, maar investeren in vertrouwen komt te voet en gaat te paard. De Nederlandse Vereniging voor Raadsleden moet zichtbaarder worden om te zorgen voor een sterke raad, waarbij het moet samenwerken met partners en beroepsgroepen om te verworden tot een krachtige vereniging’’.

‘Maandelijkse belediging’

Om raadsleden te kunnen voorzien in een adequate toerusting, dienen er ook middelen vrijgemaakt worden om dit doel te bewerkstelligen. En hier gaat het niet alleen om de toerusting in technische (basis)vaardigheden, maar, logischerwijs, ook op het financiële gebied. (Verder) bezuinigen op de raad, is dan ook uit den boze, stelde Dick de Cloe, ex-Tweede Kamerlid en burgemeester: ‘’Er wordt nooit bezuinigd op wethouders of burgemeesters. Maar waarom wordt er dan wel bezuinigd op de raad?’’

Bestuurslid én vicevoorzitter van de Raad van de Wolden Douwe Oosterveen ging nog een stap verder in zijn bewoordingen over de (financiële) toerusting van raadsleden: ‘’De maandelijkse vergoeding is voor mij een maandelijkse belediging. Opleidingen en cursussen om raadsleden beter toe te rusten is goed, maar die vergoedingen zijn lang niet toereiken hiervoor’’. 

De Raad voor Openbaar Bestuur, in de persoon van Kirsten Veldhuijzen, ziet andere zaken als meer relevant in die toerusting: ‘’De financiële vergoeding is niet het belangrijkste als het gaat om raadsleden toerusten. De discussie om geld is dan ook niet het meest relevant’’.

Burgerinitiatieven en representatieve democratie

Ook aangaande de positie van de raad en raadsleden als het gaat om de huidige ontwikkelingen over meer burgerparticipatie was er wat ‘commotie’. Heleen de Boer, gemeenteraadslid in Utrecht, is er niet gerust op dat de raad ook sterk kan zijn en krachtig kan functioneren als er steeds meer zelfsturing komt. Het ‘gevaar’ is zelfs dat we in de toekomst meer naar een ‘gemengde democratische vorm’ toegaan. ‘’En wanneer dat gebeurt, wordt het voor de raad heel moeilijk om het algemeen belang te behartigen.’’ Dijkmans gaat in die gedachte mee.

Ruud van Bennekom, directeur van de Nederlandse Genootschap van Burgemeesters ziet vooral dat er bij de raad verbeterpunten ligt: ‘’De representatieve democratie zal geen mengvorm worden en zal blijven bestaan. Burgers zijn gewoon het politieke gekissebis zat en ik merk dat burgemeesters het ook zat zijn. Voor de initiatieven uit de samenleving zijn raden steeds eerder een hindermacht. Het is daarom belangrijk dat je als raad de verbinding blijft zoeken ’’ De raad dient dus zelf ook verbeteringen door te voeren om ‘sterker’ te staan, een zienswijze welke gedeeld wordt door Veldhuijzen, want zij stelde dat ‘de raad zelf bepaalt hoe krachtig hij wil zijn’.

Aanwezigen

Onder de aanwezigen, - naast enkele vertegenwoordigers van de Utrechtse raad -  waren er op dit seminar mensen vanuit alle geledingen binnen de politiek aanwezig: het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties, Raad voor Openbaar Bestuur, Vereniging van Griffiers,  Nederlandse Genootschap voor Burgemeesters, afgevaardigden van de bestuurdersvereniging van politieke partijen, (ex-) burgemeesters en wethouders en uiteraard afgevaardigden van de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden.