Laat de raad zijn eigen externe controle regelen

Laat de raad zijn eigen externe controle regelen

Gemeenteraden kunnen zelf goed inschatten hoe de rekenkamerfunctie bijdraagt aan de controle door de raad. De raad moet zelf kunnen bepalen of raadsleden hierin plaatsnemen, enkel mogen adviseren of hier geen onderdeel van mogen uitmaken. Het lokale karakter draagt bij aan het draagvlak en doorwerking in beleid van rekenkameronderzoeken. Immers, laat de raad in zijn eigen kracht staan. 

Dat heeft ons algemeen bestuurslid Sjir Hanssen, raadslid en lid van de rekenkamercommissie uit Rheden, betoogd bij het rondetafelgesprek deze middag in de Tweede Kamer. Hanssen stelt dat het niet de bedoeling is dat in Den Haag wordt bepaald hoe raadsleden hun controlefunctie vervullen. Er zijn 355 gemeenten in Nederland en elke gemeente werkt op hun eigen manier. Elke raad zou vanuit die vrijheid moeten kunnen bepalen of zij gebruik maken van een rekenkamer met enkel externen, deels door raadsleden of volledig door raadsleden. Het is van belang dat de raad in zijn kracht kan optreden en inmenging vanuit de landelijke politiek werkt averechts. De lokale aanpak en draagvlak zorgen ervoor dat gedegen onderzoek wordt uitgevoerd en dat adviezen ook verwerkt worden in beleid. Onafhankelijkheid van onderzoek is in alle vormen uiteraard van essentieel belang. 

Hanssen erkent dat slapende rekenkamers een probleem zijn, maar dat het aanpakken van de gehele populatie niet de oplossing is. Het gaat erom om de voorwaarden zo te maken dat er ondersteuning en budget voor rekenkamers is. Een volledig op afstand staande rekenkamer leidt juist tot meer slapende kamers omdat de onderzoeken en adviezen op zo'n dergelijke afstand van de raad worden geplaatst. Het argument van het Kamerlid Van den Bosch dat de aanwezigheid van raadsleden in welke vorm dan ook in rekenkamers leidt tot mogelijke politieke inmenging viel dan ook niet in goede aarde bij Hanssen. Hij stelt dat het Kamerlid, hoewel onbedoeld, met deze opmerking ruim 8000 raadsleden schoffeert. Hij is zelf al ruime tijd onderdeel van de rekenkamercommissie in Rheden en ze hebben harde afspraken gemaakt dat er nooit politiek wordt gesproken in de commissie. Ook het zogenoemd sparen van coalitiegenoten bij belastende uitkomsten is een scenario wat door Hanssen niet herkend wordt. 

Bijval van andere belangenverenigingen 

Ons standpunt kreeg bijval van de andere gesprekspartners. Zo stelde Robbert Lievense, afgevaardigde VNG-bestuur en raadslid uit Schouwen-Duiveland, dat de minister met dit wetsvoorstel van mug een olifant maakt. Er zijn volgens verschillende onderzoeken slechts 6 slapende rekenkamers maar de minister wil met dit wetsvoorstel het probleem op de conto van 355 gemeenten toeschrijven. Gemeenten die vanuit hun eigen opzet en verordeningen een goede werkende rekenkamerfunctie hebben, worden ook hiermee met het probleem opgescheept. Er is zeker ruimte voor verbetering, maar dat betekent niet dat het gehele systeem overhoopt gegooid moet worden. Het is belangrijk om de gesprekken tussen het ministerie en de belanghebbende partijen weer op te starten en vanuit die basis een beter wetsvoorstel op te stellen. 

Een tweede speerpunt van onze vereniging dat ook de ondersteuning de rekenkamer aandacht krijgt, werd ook onderschreven door Renée Wiggers, voorzitter van de Vereniging van Griffiers. Het is belangrijk dat rekenkamers toegang krijgen tot de ondersteuning die zij verdienen en de griffie kan hierin een belangrijk rol spelen. Dat is is namelijk aan de raad, ook als werkgever van de griffie, om te bepalen. 

Meer informatie

Het rondetafelgesprek was onderdeel van de commissie Binnenlandse Zaken. Namens onze vereniging voerde algemeen bestuurslid Sjir Hanssen het woord, gericht aan de aanwezige Kamerleden. 

Meer informatie over onze positie kunt u in ons Position paper vinden.