Nieuwe handreiking grondbeleid voor raadsleden
Het grondbeleid geeft u instrumenten om in te spelen op deze belangrijke ontwikkelingen. Welke instrumenten zijn dat? Welke keuzes kunt u maken? Aan welke knoppen kan een raadslid draaien om invloed te hebben op ruimtelijke ontwikkelingen en de risico’s die daarmee gepaard gaan? Het gaat vaak om veel geld. De handreiking Grondbeleid voor raadsleden legt uit en geeft handvatten.
Na de Tweede Wereldoorlog was de woningbehoefte in Nederland groot. De opdracht voor de overheid was om in een korte periode veel te bouwen. Gemeenten kochten agrarische gronden langs bestaande bebouwing en maakten deze geschikt voor woningbouw. De gronden werden vervolgens uitgegeven aan corporaties, particulieren en bouwondernemingen die de woningen realiseerden. De gemeenten voerden zogezegd een actief grondbeleid. Vanuit de positie van grondeigenaar kon de gemeente de gewenste ruimtelijke doelen realiseren.
Nieuwe ontwikkelingen
Vanaf de jaren negentig kwam de nadruk meer te liggen op het eigen woningbezit. Andere partijen dan de gemeente zagen bovendien commerciële kansen op de grondmarkt. Door grondposities in te nemen op toekomstige bouwlocaties verzekerden zij zich van de toekomstige bouwproductie. De gemeente nam deze grondposities in eigendom over en verschafte de andere partijen een eerste recht op de ontwikkeling van de voorgenomen woningen. Dit maakte het voor raadsleden niet makkelijker om hun controlerende rol uit te voeren. De handreiking helpt raadsleden er bij om deze rol goed op te pakken.
Leeromgeving
De VNG, Nederlandse Vereniging voor Raadsleden, het ministerie van Binnenlandse Zaken en de Vereniging van Grondbedrijven werkten samen aan de handreiking Grondbeleid voor raadsleden. Deze is ook te vinden in de digitale leeromgeving voor raadsleden, te bereiken via leeromgeving.raadsleden.nl.