Raad van State: Terechte uitsluiting Arnhems raadslid
DEN HAAG – Een raadslid moet altijd in zijn gemeente wonen zo heeft de Raad van State bevestigt in de zaak rond het Arnhemse raadslid Rudi van Meurs. De Raad van State concludeert als volgt: “ … voor zover al moet worden aangenomen dat hij zijn feitelijke woonplaats buiten de gemeente Arnhem had, dit geen invloed heeft gehad op de uitoefening van zijn raadslidmaatschap, kan niet tot een ander oordeel leiden (art. 10 lid. 1) dat de Gemeentewet bepaalt dat voor het lidmaatschap van de raad is vereist dat men ingezetene van de gemeente is”.
Bedreigingen
Het betreffende raadslid heeft gemeld in verklaringen aan de gemeenteraad dat hij vanwege bedreigingen zowel bij vrienden binnen de gemeente als op locaties buiten de gemeente verbleef. Dit heeft hij volgens de Raad van State niet kunnen, of onvoldoende kunnen aantonen. Het raadslid blijkt kraakpanden te hebben gehuurd in andere gemeenten. Deze feiten heeft hij tegenover de gemeenteraad en de rechter niet bestreden.
Van Meurs ging in beroep tegen het besluit van de Arnhemse raad. De Raad van State stelde de gemeenteraad echter in het gelijk. Volksvertegenwoordigingen kunnen op grond van de Kieswet besluiten een lid van het orgaan te ontslaan (uitsluiten), omdat het betreffende lid niet voldoet aan de vereiste die de wet aan het lidmaatschap stelt. Dat kan het woonplaatsvereiste zijn, maar het kan ook gaan om het uitoefenen van functies of taken die niet verenigbaar zijn met het lidmaatschap.
Raadslid.nu, dé Nederlandse Vereniging voor Raadsleden, staat voor een sterke en krachtige positie van gemeenteraden ten behoeve van het functioneren van de lokale democratie.