‘Raadsleden zelf verantwoordelijk voor betere toerusting’

‘Raadsleden zelf verantwoordelijk voor betere toerusting’

Raadsleden investeren in het vitaliseren van de samenleving, maar raadsleden doen er ook verstandig aan om in zichzelf te investeren. “Waar bijscholing in bijvoorbeeld de medische sector de normaalste zaak van de wereld is, zorgt de waan van de dag en de politiek druk al snel dat politieke gezagsdragers dit uitstellen”. Minister Kajsa Ollongren riep vijfhonderd raadsleden op het Raadsledencongres in Den Bosch daarom op om er zelf voor te zorgen ‘goed beslagen ten ijs te komen’. 

De minister bood daarom een opleidingsprogramma voor raadsleden aan de 500 aanwezige raadsleden en kandidaat-raadsleden aan. ‘Er is een breed palet aan opleidingen, coaching en trainingen. En ook al draait u al een paar jaar mee, blijf dan nog investeren in uzelf”, betoogde de minister. Het opleidingsprogramma werd aan het slot van het Raadsledencongres door de minister aangeboden aan het Purmerendse kandidaat-raadslid Paul Khoe, die na een trekking uit een glazen vaas met de namen van alle congresdeelnemers door de minister naar voren werd geroepen. 

Minister Ollongren onderstreepte in haar toespraak dat er een breed aanbod voor raadsleden beschikbaar is, met daaronder niet alleen het basis opleidingsprogramma maar ook een digitaal leerplatform, een inwerkprogramma en een serie bijeenkomsten voor raadsleden en kandidaat-raadsleden. Dat aanbod zal, zo ondersteepte de minister, met relevante partners worden doorontwikkeld.

(Kandidaat-)raadsleden van Delfzijl tot Terneuzen

Vijfhonderd raadsleden en kandidaat-raadsleden waren zaterdag in Den Bosch aanwezig in congrescentrum 1931. De raadsleden kwamen uit alle provincies, van Delfzijl tot Terneuzen en van Hollands Kroon tot Sittard-Geleen. De aanwezige (kandidaat-)raadsleden staan kandidaat voor landelijke en lokale partijen en kregen een gevarieerd programma met veel inhoudelijke informatie voorgeschoteld om als raadslid straks na 21 maart sterk en krachtig aan de nieuwe raadsperiode te kunnen beginnen. 

Trots op raadsleden

Het congres begon met een twintigtal raadsleden die als raadslid van de week in het zonnetje werden gezet. Olympisch kampioen Pieter van den Hoogenband vertelde vervolgens hoe je in een periode van vier jaar succesvol kunt zijn. Teamwork en samenwerking waren sleutelwoorden in zijn presentatie. Van den Hoogenband stelde het probleem van ondermijning van het lokaal bestuur ook aan de orde en hield de raadsleden en kandidaat-raadsleden voor dat het belangrijk is om je als raadslid en bestuurder de rug recht te houden tegen pogingen tot ondermijning. 

Henk van der Kolk van de Universiteit Twente maakte de (kandidaat-)raadsleden duidelijk dat uit onderzoek blijkt dat inwoners de gemeenteraad hoog waarderen en dat de raad meer vertrouwen geniet dan de landelijke politiek. Maar ook dat de opkomst bij verkiezingen dalende is, in grote steden sterker dan in dorpen. 

Nieuwe democratie

In drie ronden van telkens zo’n 25 workshops kregen de raadsleden en kandidaat-raadsleden informatie, instrumenten, tips en adviezen hoe zij een goed en sterk raadslid kunnen zijn. In één van de goed bezochte workshops stond de vraag centraal of het traditionele coalitieakkoord niet beter vervangen kan worden door een alternatief: een raadsprogramma. Hierbij maakt de hele raad samen een programma op basis van waar overeenstemming over is. Dit is in lijn met wat van de minister in haar toesprak aanstipte: ‘’We moeten ons realiseren dat tijden veranderen en dat digitalisering, social media, het toenemend belang van Europa en de decentralisaties, het overdragen van rijkstaken aan gemeenten, allemaal van invloed zijn op de democratie en de wijze waarop de democratie georganiseerd is.’’ 

Hulptroepen

In een andere workshop kwam aan bod wat raadsleden als ze straks verkozen zijn aan hulp kunnen verwachten van de lokale rekenkamer. Duidelijk werd dat raadsleden zichzelf en daarmee de samenleving tekort doen als ze geen gebruik maken van de rekenkamer als belangrijkste van de hulptroepen van de raad. Ook was er aandacht voor de griffier als belangrijkste ondersteuner van de raad. Raadsleden werd verder opgeroepen gebruik te maken van de kennis en expertise van talloze hulptroepen in de eigen samenleving, varierend van clientenraden tot de media, en zich niet alleen te laten leiden door de informatie van het college en vanuit het stadhuis of gemeentehuis. 

Actieplan lokale democratie

De minister werkt aan een actieplan lokale democratie. Zij noemde in dat verband twee reële punten van zorg. Ten eerste het verschil tussen grote en kleine gemeenten in het aanbod aan cursussen en trainingen voor raadsleden. Ook is dit verschil merkbaar tussen partijen die landelijk en lokaal zijn georganiseerd. Ten tweede kaartte Ollongren het verschil in vergoedingen aan tussen grote en kleine gemeenten: ‘’De vraag is of het werk niet net zo zwaar is in die kleine gemeenten en of die vergoeding niet te laag is’’. Over het verhogen van de vergoeding, in het bijzonder voor raadsleden uit de kleine gemeenten met minder dan veertigduizend inwoners heeft de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden in november per een brief aandacht van de minister gevraagd om de vergoeding nog voor de raadsverkiezingen aan te passen. 

Waardering

Ten slotte bedankte de minister de raadsleden voor hun inzet en benadrukte ze het belang van de rol van de lokale volksvertegenwoordigers. Ollongren vertelde dat zij de verkiezingsprogramma’s heeft gelezen. “Getuige de verkiezingsprogramma’s gaan gemeenteraden stimuleren, faciliteren, steunen, ondersteunen, mogelijk maken, aandacht geven, bevorderen, verbinden, bij elkaar brengen, enzovoort. Het getuigt van de wens de lokale democratie te revitaliseren. Niet vanuit het gemeentehuis, maar door positie te kiezen in de samenleving. Minder raadsdebat, meer dialoog met inwoners.” Volgens de minister past deze ambitie in een tijd waarin er mensen zijn die zich onvoldoende gehoord en vertegenwoordigd voelen. Raadsleden spelen in dat alles een belangrijke rol. “Op het Binnenhof kun je het nog over de theorie hebben, bij u is alles praktijk. U kent het gezicht bij het probleem, de naam bij de zorgen, het verhaal achter het beleid’’. 

Meer informatie

Voor foto’s over het Raadsledencongres, klik hier

Houd de website in de gaten voor het terugkijken van de presentaties.