
Het zou helpen als er nieuwe structuren komen die raden beter in staat stellen om regionaal het debat aan te gaan of bestuurders van gemeenschappelijke regelingen politiek ter verantwoording te roepen.
Florian van Hout, Woerden
Florian van Hout
Gemeente Woerden
Raadslid sinds: 28 maart 2018
Partij: VVD
Hoofdberoep: Student Rechtsgeleerdheid (Universiteit Leiden)
Twitter: twitter.com/FlorianvanHout
Facebook: facebook.com/FlorianvanHout
Instagram: instagram.com/florianvanhout
LinkedIn: linkedin.com/in/florianvanhout
Waarom bent u raadslid geworden?
Als elfjarig jongetje zag ik op het Binnenhof Mark Rutte de pers te woord staan tijdens de kabinetsformatie. Dat klinkt nu niet zo bijzonder, maar het heeft op mij toen grote indruk gemaakt. Zonder het helemaal te begrijpen, besefte ik dat daar iets belangrijks gebeurde. Ik raakte ervan doordrongen dat politiek ertoe doet. Dat politiek echt iets betekent voor het leven van mensen. Dat je een grote verantwoordelijkheid hebt als je in de politiek zit. Dat het uitmaakt welke opvattingen je hebt en welke keuzes je maakt.
Daarna is mijn politieke interesse gegroeid. Op de middelbare school ben ik mijn maatschappelijke stage gaan lopen bij de Woerdense VVD. Daar ben ik met open armen ontvangen, waarna ik niet meer ben weggegaan. Na commissielid te zijn geweest wilde ik in 2018 niets anders dan zélf de raad in, om te proberen met mijn ideeën het leven van inwoners nog iets mooier, vrijer en veiliger te maken. Je kunt wel langs de zijlijn gaan staan roepen, maar het verschil maak je alleen door mee te doen.
Ik vind het ontzettend mooi en eervol om dat in de lokale politieke arena te mogen doen. Omdat ik enorm geniet van debatteren, maar vooral omdat politiek nergens anders zo dichtbij is en direct het verschil kan maken. Een beslissing van vandaag kan er volgende week voor zorgen dat een inwoner zich veiliger voelt in zijn wijk of dat een ondernemer er iets meer vertrouwen in heeft dat hij de coronacrisis door zal komen.
De gemeenteraad is het hoogste politieke orgaan. Beleeft u dat ook zo?
Ja, in die zin dat ik er volledig van overtuigd ben dat de raad het hoogste politieke orgaan is en zou moeten zijn. In de praktijk blijkt het vaak een stuk lastiger. De verleiding is voor de raad vaak groot om het college te volgen: reageren in plaats van age(nde)ren. Of de raad wordt pas helemaal aan het eind van het proces betrokken, waardoor invloed minimaal is.
Bovendien kan een wethouder met een groot ambtelijk apparaat achter zich makkelijk het beeld oproepen dat zijn plan goed in elkaar zit. Een raad moet er daarom voor zorgen dat hij het zelfvertrouwen heeft om zelf de regie te nemen en de lijnen uit te zetten. Je wordt niet het hoogste politieke orgaan omdat het college dat af en toe tegen je zegt, maar doordat je het college duidelijk maakt dat je het bent.
Kunt u een voorbeeld geven van een succes van uw gemeenteraad waar u trots op bent?
Successen die je als gemeenteraad gezamenlijk behaalt, zijn natuurlijk schaarser dan successen van een of meerdere fracties. Toch wil ik twee dingen noemen. Allereerst zijn de cultuur en sfeer in onze raad de afgelopen jaren verbeterd. Daarnaast is de kwaliteit van debatten omhoog gegaan, onder meer door een nieuw vergadermodel. Waar het vroeger vaak vooral een wedstrijdje vragen stellen aan de wethouder was, wordt er nu meer gedebatteerd tussen raadsfracties onderling.
Daardoor worden verschillen duidelijker, besluiten beter en wordt het debat interessanter. Hoewel er echt nog genoeg stappen te zetten zijn, ben ik trots op die vooruitgang. Die kun je als raad alleen samen realiseren.
Gemeenteraden reserveren minder dan 1 procent van het gemeentelijk budget voor opleiding, onderzoek (Rekenkamer, accountant) en ondersteuning (griffie) door en voor de raad. Is er door uw raad voor opleiding, onderzoek en ondersteuning voldoende gereserveerd?
In deze raadsperiode heeft onze raad daar zeker stappen gezet door de griffie uit te breiden, onder meer met een raadscommunicatieadviseur. Daarnaast heeft iedere fractie een eigen fractiebudget, waar onder meer opleiding uit kan worden betaald. Daar mogen fracties in mijn ogen best meer gebruik van maken. Ook organiseert onze griffie op regelmatige basis trainingen voor de raad. Toch proef ik ook in onze raad een zekere terughoudendheid om onszelf goed toe te rusten voor het raadswerk. Die terughoudendheid is deels terecht – het gaat immers om belastinggeld – maar je moet als gemeenteraad ook oppassen dat je jezelf niet te kort doet. Inwoners hebben niks aan een raad die z’n werk niet goed kan doen.
De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat ik daarom af en toe best jaloers naar grotere gemeentes kijk, waar fracties een betaalde fractiemedewerker hebben die dossiers voorbereidt, contact houdt met inwoners en op allerlei andere vlakken kan ondersteunen. Natuurlijk kun je gemeentes als Amsterdam of Utrecht niet vergelijken met middelgrote of kleinere gemeentes, maar de dossiers worden overal omvangrijker en ingewikkelder. Maar het helpt al enorm, wanneer het je lukt om focus aan te brengen in je raadswerk en raadsinstrumenten op de juiste momenten in te zetten.
Waar ziet u eventuele mogelijkheden tot verbetering van de ondersteuning van raadsleden door de griffie(r)?
Een goede griffie is onmisbaar. Het helpt een raad enorm als de griffie zich proactief durft op te stellen. Dat kan door raadsleden gevraagd en ongevraagd van advies te voorzien, door annotaties te schrijven bij langlopende dossiers, door van de ambtelijke organisatie betere raadsvoorstellen te vragen of bij het college te sturen op goede informatievoorziening. Achter de schermen kan de griffie – als schakel tussen raad, college en ambtelijk apparaat – het raadswerk daardoor enorm verlichten.
Dit gaat in Woerden gelukkig heel goed. Onze griffie besteedt inmiddels zelfs aandacht aan hoe we als (gehele) raad beter met inwoners in gesprek kunnen gaan en kunnen laten zien wat we doen. Dat is in veel gemeentes een onderwerp dat alleen aan individuele fracties wordt gelaten, maar het is heel waardevol om er ook als hele raad mee aan de slag te gaan.
Wat is volgens u nodig om de gemeenteraad krachtiger en relevanter te maken?
Meer kennis en ondersteuning, zodat de gemeenteraad zijn rol als hoogste politieke orgaan ook echt kan vervullen. Zorg ervoor dat je politieke instrumenten niet uitholt, maar inzet met een doel. Je kunt als raad alleen relevant zijn als je ook een vuist kunt maken.
Nog belangrijker is het dat raadsleden het gemeentehuis uit gaan en de stad, het dorp of de wijk in. Om te praten met inwoners en ondernemers, en om te laten zien wat ze doen. Dáár vind je de problemen, de dingen waar mensen zich zorgen over maken, en dus de onderwerpen waar je als raadslid iets mee moet. Het is een stuk moeilijker om de actualisering van een of ander beleidsplan van de wethouder relevant te maken voor de inwoner, dan een probleem van een inwoner relevant te maken voor dat beleidsplan. Breng de raadszaal dus niet naar de inwoner, maar de inwoner naar de raadszaal. Dan ben je relevant.
Steeds meer beslissingen vinden plaats in regionale samenwerkingsverbanden. Hoe zou u de controle en invloed van de raad op regionale samenwerkingsverbanden willen verbeteren?
De eerste stap is ervoor zorgen dat een samenwerkingsverband of gemeenschappelijke regeling geen ‘black box’ wordt, waarvan je niet weet wat er binnenin gebeurt. Zorg dat je op tijd de goede informatie krijgt. Vervolgens mogen gemeenteraden best wat eigenwijzer zijn. Raden moeten zich niet te snel laten afschepen met het antwoord dat ze er inmiddels niets meer over te zeggen hebben of voor besluitvorming afhankelijk zijn van andere gemeentes. Als iedere wethouder dat tegen zijn of haar raad zegt, gebeurt er natuurlijk niks.
Een raad moet dus stelling durven nemen als er in een samenwerkingsverband besluiten worden genomen waar je het als gemeente niet mee eens bent. Stuur je wethouder (of raadslid in het algemeen bestuur van een GR) maar op pad. En vervolgens contact zoeken met mederaadsleden uit andere gemeentes – waar vaak dezelfde zorgen leven – om samen veranderingen voor elkaar te krijgen.
Toch ben je er dan nog niet. Het zou helpen als er nieuwe structuren komen die raden beter in staat stellen om regionaal het debat aan te gaan of bestuurders van gemeenschappelijke regelingen politiek ter verantwoording te roepen. Zoals recent gebleken is, valt nog te betwijfelen of de gewijzigde Wet gemeenschappelijke regelingen daar voldoende in voorziet.
'Je wordt niet het hoogste politieke orgaan omdat het college dat af en toe tegen je zegt, maar doordat je het college duidelijk maakt dat je het bent.'
Elke gemeente geeft op haar eigen manier invulling aan burgerparticipatie. Kunt u het beste voorbeeld uit uw gemeente geven?
Laat ik voorop stellen dat ik vind dat burgerparticipatie ook in de gemeente Woerden nog veel beter kan. Soms wordt er ‘geparticipeerd’ voor de vorm of omdat het zo mooi klinkt. Soms zijn de nodige kaders vooraf zó strak vastgelegd dat je eigenlijk niet meer van participatie kan spreken.
Als je inwoners laat participeren, moet je als raad of college ook ruimte durven laten voor de uitkomst. Daar moet je in je kaderstelling dus rekening mee houden. Ook een college mag best een mening hebben over de resultaten, maar aan de raad moeten de resultaten van participatie en de opvattingen van het college echt apart worden gepresenteerd.
Een voorbeeld waar dat in onze gemeente goed is gegaan, is het onderzoek naar de aanleg van een brug in Woerden-West. Daar is gedurende een jaar een intensief participatietraject doorlopen, met verschillende groepen inwoners. Alle rapporten en andere documenten zijn toegankelijk en openbaar gepubliceerd, waardoor inwoners stukken vaak eerder hadden dan de raad. Nu lijkt er in de raad een meerderheid te komen voor een van de bruglocaties die nog nooit eerder op tafel had gelegen en in dit traject door inwoners is ingebracht. Vrijwel alle inwoners en ondernemers die hebben geparticipeerd gaven aan tevreden te zijn over de transparantie en het feit dat er echt naar hen geluisterd is.
Welk kenmerk van de huidige lokale democratie vindt u belangrijker? Participatie van inwoners of representatie door vertegenwoordigers?
Representatie door vertegenwoordigers, al zijn verkiezingen in mijn ogen ook een vorm van participatie. Directe participatie van inwoners is steeds vaker een onmisbaar onderdeel om tot goed werkend beleid te komen dat op draagvlak kan rekenen, maar de raad moet de koers bepalen. Dat doet de democratisch gelegitimeerde gemeenteraad in gezamenlijkheid namens alle inwoners.
Het algemeen belang is breder dan de groep inwoners die participeert. En bovendien zit er ook een praktische kant aan: inwoners kiezen hun vertegenwoordigers juist omdat ze erop vertrouwen dat die politici aan de slag gaan met oplossingen voor die dingen waar ze zich zorgen over maken.
De keuze voor een directe verkiezing van de burgemeester door de raad of de inwoners is een stap dichterbij gekomen. Als de burgemeester direct gekozen zou worden, wat verandert dit dan volgens u aan de verhouding tussen de raad en de burgemeester?
Die verhouding wordt dualistischer, maar ook complexer: zowel raad als burgemeester heeft dan een democratisch mandaat. Je moet goed kijken hoe je zo’n veranderde rol van de burgemeester vormgeeft en afbakent. Afhankelijk van de nadruk die in de praktijk komt te liggen op de politieke kleur van de burgemeester, wordt het wellicht moeilijker om als burgemeester taken uit te voeren die juist gebaat zijn bij onafhankelijkheid.
Het klopt dat een burgemeester nu doorgaans ook al lid is van een politieke partij en dat weinig problemen oplevert. Het zou me echter niet verbazen als een directe verkiezing leidt tot meer politiek gekleurde beleidsvoornemens, een eigen programma. Het is mooi als de democratische legitimatie van de burgemeester wordt versterkt, maar dat moet er niet toe leiden dat een burgemeester niet meer boven de partijen kan staan.
Wat is volgens u de waarde van diversiteit en inclusiviteit voor de raad en het raadswerk?
Voor een gemeenteraad is een diversiteit aan meningen het allerbelangrijkste. Botsende opvattingen leiden in het debat tot een goede, democratisch gelegitimeerde uitkomst. Het gaat er dus primair om dat alle belangen inhoudelijk worden vertegenwoordigd. Daarnaast is het goed om ernaar te streven dat de gemeenteraad een afspiegeling is van de samenleving (de zogenaamde descriptieve vertegenwoordiging).
Als die afspiegeling tekortschiet, wordt een goede inhoudelijke representatie namelijk ook moeilijker. Bovendien is het vertrouwen van inwoners in de politiek hoger als ze zich in hun volksvertegenwoordigers kunnen herkennen. Daarom was het feit dat er zo weinig jonge mensen in onze raad zaten, voor mij een extra drijfveer om in 2018 als jongste raadslid in de raad te willen komen.
Stelling: Agressie, intimidatie of geweld tegen één raadslid is een aanval op de gemeenteraad. Bent u het hiermee eens?
Absoluut. Elke vorm van agressie, intimatie of geweld tegen raadsleden is een gerichte aanval op onze vrije, democratische samenleving. Die moeten we met z’n allen beschermen. Alleen bij gratie van die vrije, democratische samenleving kun je als raadslid je werk doen. Daarom heeft ieder raadslid de plicht om pal voor een collega te gaan staan die bedreigd wordt in zijn vrijheid, ook (juist!) als je het soms inhoudelijk hardgrondig oneens bent.
Digitalisering speelt een steeds groter wordende rol in de samenleving. Welke kansen biedt digitalisering volgens u voor de lokale democratie?
Enorm veel kansen, met name om de afstand tussen inwoners en de politiek te verkleinen. Je kunt denken aan vormen van online participatie, maar ook aan het veel makkelijker zichtbaar maken van het raadswerk. Heel basaal middels live-uitzendingen van vergaderingen, maar ook door online in gesprek te gaan met inwoners of via social media te laten zien waar de raad mee bezig is.
De spoedwet die digitale besluitvorming tijdelijk mogelijk maakt is recentelijk aangenomen. Wat zijn uw ervaringen met digitaal vergaderen en besluiten?
Het is ontzettend fijn dat de mogelijkheid er is als noodoplossing. Het is ontzettend vervelend als je als raadslid niet kunt vergaderen of kunt besluiten. Toch voer ik debatten echt veel liever fysiek. Je krijgt een aantal minuten om je bijdrage te doen, maar echt debatteren is er niet bij. Snel een interruptie plaatsen, om verduidelijking vragen, non-verbale communicatie met collega’s, even overleggen tijdens een schorsing: het kan allemaal niet achter een scherm.
Puur informatieve bijeenkomsten zijn daarentegen prima digitaal te organiseren. Dat laat zien dat je niet altijd per se naar het gemeentehuis hoeft. Nu er opnieuw strengere coronamaatregelen worden genomen, komen de problemen rond digitaal vergaderen weer boven. Nu moet een raadsvergadering óf volledig fysiek óf volledig digitaal plaatsvinden, waardoor ofwel sommige raadsleden niet aanwezig kunnen zijn ofwel je met de nadelen van digitaal debatteren zit. Een wettelijke oplossing hiervoor zou best welkom zijn.
Wat is uw belangrijkste advies voor nieuwe raadsleden?
Pas ervoor op dat je je niet laat meeslepen in ingesleten gewoontes of de oneindige stroom aan stukken, maar durf je eigen prioriteiten te stellen. Zorg dat je je raadswerk goed doet, maar ook veel buiten de raadszaal komt. En onthoud: je zit er niet voor jezelf, maar voor de inwoners van je gemeente.