Regionale adviescommissie: onbekend en weinig bemind
De regionale adviescommissie (RAC) wordt nauwelijks gebruikt: slechts 12% van de raadsleden geeft aan dat er in hun regio één of meer RAC’s actief zijn. Daarnaast weet een meerderheid van de raadsleden (57%) niet of er een regionale adviescommissie actief is in hun gemeente.
Dat blijkt uit onderzoek 'Raad en Regionale Samenwerking' van de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden, uitgevoerd door onderzoeksbureau Invior. Het rapport is tijdens de Raadsacademie Apeldoorn overhandigd door Abdullah Uysal, vicevoorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden, aan raadsleden uit Apeldoorn.
“In regionale samenwerking is het vooral belangrijk dat raadsleden eigenaarschap tonen op de taken die in de regio worden uitgevoerd. Regionale adviescommissies kunnen daarbij helpen”, zo benadrukte Uysal.
Bruikbaar instrument
Regionale adviescommissies zijn in de wet opgenomen met als doel dat raadsleden beter worden betrokken bij gemeentelijke taken die in regionaal verband worden uitgevoerd.
Het gebruik van het instrument van de regionale adviescommissie werd in Apeldoorn ook warm aanbevolen door de Nijmeegse hoofddocent bestuurskunde, Marieke van Genugten, die zaterdag in Apeldoorn sprak over hoe raadsleden hun invloed op regionale samenwerking kunnen vergroten.
Obstakels
Behalve het tonen van eigenaarschap is face-to-facecontact tussen raadsleden volgens haar erg belangrijk. Daarnaast is het belangrijk om keuzes te maken wanneer er een regionale adviescommissie wordt ingericht. “Dat hoeft uiteraard niet voor alle gemeenschappelijke regelingen: focus je op de regelingen die impact hebben op je raadswerk.”
Van Genugten onderschrijft de moeilijkheden die komen kijken bij het instellen van een raadscommissie, waarbij raadsleden in het onderzoek aangeven dat met name de taakinvulling en extra werkdruk als grootste obstakels gelden. “Ik zou desondanks willen aanraden om een regionale adviescommissie in te stellen. Het brengt je als raad echt in positie”, aldus Van Genugten,
Overwegend tevreden
Een conclusie die grotendeels wordt onderschreven in het onderzoek: raadsleden zijn vaker (zeer) tevreden dan (zeer) ontevreden over de RAC. Voordelen die genoemd worden zijn onder meer de betrokkenheid bij het besluitvormingsproces en de toename van de inzichtelijkheid over de gemeenschappelijke regeling.
Eigenaarschap
De grootste groep raadsleden staat echter neutraal tegenover de RAC. Uysal: “Waar het voor een deel van de raadsleden nog te vroeg zal zijn om een oordeel te vellen, lijkt het erop dat de waarde van de regionale adviescommissie zich nog moeten laten gelden”.
Uysal staat desalniettemin positief tegenover de commissie. “Als we de raad in positie willen brengen en daadwerkelijk het hoogste orgaan willen zijn, zullen we de instrumenten moeten aangrijpen die voorhanden zijn. Het gaat uiteindelijk om eigenaarschap.”
Meer informatie
Het volledige onderzoek ‘Raad en Regionale samenwerking’ kunt u hier vinden.
Om de grip en controle op regionale samenwerking te doen toenemen, heeft de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden een handreiking opgesteld. Deze kunt hier vinden.