’Ik ben het vertrouwen in de mensheid een beetje kwijtgeraakt’
De doodsbedreigingen die Jan Hordijk, wethouder in Zuidplas, ontving, brachten hem niet van zijn stuk. Al beseft hij dat het klein houden van incidenten zijn overlevingsmechanisme is. ‘Ik ben er in eerste instantie lichtzinnig mee omgegaan, zeker als het om de impact op mijn vrouw gaat.’
‘De man is in de war, het zal wel loslopen’, dacht Jan Hordijk, wethouder in Zuidplas, toen hij een paar keer te maken kreeg met een eigenaar van een caravanstalling die het niet eens was met een besluit van de gemeente. Ook toen de man een briefje met bedreigingen overhandigde aan de baliemedewerkers van het gemeentehuis en later telefonische bedreigingen uitte bleef Hordijk kalm. Er volgde wel een zogeheten correctiegesprek met de man, maar dat haalde niets uit. Net zomin als een bemiddelingspoging.
Een toevallige ontmoeting op het tankstation maakte meer indruk. ‘”Ik stuur een zootje criminele Marokkanen op je af”, riep de man toen. Ik kon geen kant op en realiseerde me toen dat ik rustig moest blijven en de situatie moest de-escaleren. Voor het eerst had ik het gevoel dat ik wel eens een klap in mijn gezicht zou kunnen krijgen, dat ik aan de beurt was.’
In september vorig jaar escaleerde de boel toen de man zijn eigen vrouw appte: ‘Dat gaat hij (Hordijk) met de dood bekopen. Ik schiet hem kapot.’ ‘We wilden net gaan barbecueën’, vertelt Hordijk, ‘toen ik gebeld werd door de burgemeester dat ik thuis moest blijven. Binnen een mum van tijd zaten hier drie politieagenten met kogelvrije vesten binnen. Het gemeentehuis was ondertussen ontruimd. Ik was niet bang, maar dacht nog steeds dat hij in de war was. Maar omdat het door anderen uitermate serieus werd genomen, voelde het voor mij steeds ernstiger. Misschien was hij wel echt onderweg met een wapen?’ In januari van dit jaar volgde een tweede doodsbedreiging. Diezelfde dag werd dezelfde man gearresteerd.
Overlevingsmechanisme
Zelf bestempelt hij de impact van de doodsbedreigingen als ‘het valt wel mee’. Maar voor zijn vrouw en de rest van de familie was dat anders. ‘Mijn moeder had eerder een vreemd telefoontje gekregen van een “onaardige man” die het adres van mij vroeg. Dat heeft impact gehad op haar, net zoals de bedreigingen zelf. Mijn kinderen konden er nog enigszins mee omgaan, maar voor mijn vrouw was de impact erg groot. Voor haar was de grens bereikt, we hadden al het een en ander meegemaakt.’
Hij vertelt over het moment dat Sophie Hilbrand voor haar programma ‘De opstandelingen’ op de stoep stond en hem vroeg hoe het zat met de permanente bewoning in een recreatiepark. ‘Ik heb een uur met haar gesproken, terwijl er vijf minuten uitgezonden werden. Het frame: Hordijk is een hork. Naar aanleiding van die uitzending kreeg ik diverse mailtjes met een dreigend karakter. Dat Hilbrand met draaiende camera’s bij mij thuis op de stoep stond, was voor mijn vrouw heftig.’
De doodsbedreiging in september kwam daar nog bovenop. ‘Zelf hield ik de incidenten klein, ook richting mijn vrouw trouwens. Het is mijn overlevingsmechanisme, denk ik.’ Na een korte stilte: ‘Maar als je de rust hebt om erover na te denken, dan is het nogal wat.’
Overgevoelig
Nu, een jaar later, kan hij stellen dat hij er zelf nauwelijks last meer van heeft. Al zal hij in de supermarkt een ander gangpad kiezen als hij de man tegen zou komen, ‘met enigszins versnelde hartslag’. Voor zijn vrouw is dat anders. ‘Ze gaat minder onbevangen door het leven en voelt zich door het hele gebeuren beperkt in haar vrijheid.’
Het is de aard van het beestje: schouders eronder en gewoon doorgaan. Een dag na die eerste doodsbedreiging stond Hordijk alweer op het gemeentehuis, terwijl het college hem gevraagd had of hij een weekje vakantie wilde. Dat was niet nodig, vond hij. Maar nu geeft hij toe dat ‘gewoon’ niet helemaal ‘gewoon’ was. ‘Ik heb in de zeven jaar die ik wethouder ben veel lelijks gehoord en gelezen, maar nu ben ik er gevoeliger voor dan voorheen, terwijl ik er niet overgevoelig voor wil zijn.’ Hij leest een paar verwijtende berichtjes voor. ‘Hier moest ik vroeger nog om lachen, nu heb ik het idee dat ik me moet verdedigen.’
‘Ik leef niet in angst, maar er is wel degelijk iets met me gebeurd. Ik ga als wethouder overal naartoe, maar neem soms wel een beveiliger mee. Ik neem nog steeds dezelfde besluiten, maar ik ben wel alerter geworden voor wat er om me heen gebeurt. Eigenlijk’, zegt hij dan zacht, ‘ben ik het vertrouwen in de mensheid een beetje kwijtgeraakt.’
Over tot de orde van de dag
Tijdens de hectische periode rondom de doodsbedreigingen, met alle media-aandacht van dien, kon Hordijk zijn ei kwijt bij de burgemeester en zijn collega-wethouders. ‘Mijn collega’s boden me aan om taken over te nemen, ik heb gesproken met de burgemeester en de ambtelijke organisatie. Er was begrip en een luisterend oor. Dat voelde toen als voldoende steun. Ik had zelf ook niet de behoefte om er diepgaand over te gaan praten.’
Minder enthousiast is Hordijk over een aantal raadsleden. Zonder er al te veel woorden aan vuil te willen maken vond hij dat de aandacht voor wat hem overkomen was nogal snel verslapte. ‘Men ging snel over tot de orde van de dag, alsof dit soort zaken er gewoon bij horen.’ De bedreigingen hebben ook niet geleid tot gezamenlijke sessies over agressie en intimidatie. ‘Zacht uitgedrukt staat het onderwerp niet op de agenda in Zuidplas. Het is zeker met de komst van een nieuwe gemeenteraad goed om daar structureel meer aandacht aan te besteden.’
Ergens snapt hij het ook wel waarom het snel weer over andere zaken ging. ‘Ook zelf ben ik er in eerste instantie lichtzinnig mee omgegaan, zeker als het de impact op mijn vrouw betreft. Ik dacht al snel: jij gaat weer naar je werk, ik ga naar mijn werk, de kleinkinderen komen logeren, we hebben het druk, we gaan weer verder. Maar het is bij nader inzien toch wel handig om erover te praten.’
Dat is precies de reden waarom Hordijk het Ondersteuningsteam belangrijk vindt. Zelf had hij geen behoefte aan ondersteuning of gesprekken met een peer. ‘Toen het me overkwam, wilde ik het zo snel mogelijk blokken, door met andere dingen bezig te zijn. Ik ging een rondje rijden met de motor, een weekendje naar Texel. Maar nu weet ik dat als het me nog eens overkomt, ik misschien wél gebruik maak van het Ondersteuningsteam.’
Spreekrecht
Hij heeft veel geleerd van het afgelopen jaar. Het begon al met het incident op het tankstation. ‘Ik had toen al aangifte moeten doen, of wellicht nog eerder toen de man het briefje met bedreigingen afgaf aan de balie. Ik heb te lang gedacht dat hij in de war was en dat een gesprek wel zou helpen. Nu weet ik dat ik voortaan direct aangifte doe.’
Een ander pijnpunt is het feit dat hij geen gebruik heeft gemaakt van zijn spreekrecht tijdens de rechtszaken. Hij werd er een paar keer voor benaderd, maar dacht toen dat hij de zaak alleen maar groter zou maken door zijn verhaal te doen. ‘Nu ik onlangs minister Kaag gebruik zag maken van haar spreekrecht, besefte ik dat ik dat ook had moeten doen. Ik had kunnen duiden wat de impact is geweest van zijn actie, en hopelijk zou dat dat ook binnenkomen zijn bij hem.’ En ja, geeft hij toe, hij is ook te makkelijk geweest als het om het welzijn van zijn vrouw gaat. ‘Zeker in het begin ben ik te makkelijk over haar zorgen heen gestapt. Je zorgen en die van je naasten serieus nemen is erg belangrijk. Maak het niet kleiner, maar praat er juist over. We mogen dit niet normaal gaan vinden.’
Meer informatie
Dit is het achtste en laatste interview in een reeks vraaggesprekken met bestuurders en volksvertegenwoordigers over hoe zij omgingen met agressie en intimidatie maar ook hoe zij ondersteuning geven aan collega's die te maken krijgen met agressie, intimidatie en geweld.
Het interview is gemaakt door Marielle van Bussel in opdracht van het Ondersteuningsteam (Nederlands Genootschap van Burgemeesters, Nederlandse Vereniging voor Raadsleden en Wethoudersvereniging) Netwerk Weerbaar Bestuur.
Voor meer informatie over het ondersteuningsteam en hoe om te gaan met agressie en geweld, zie de themapagina agressie en geweld.
Contact
Wanneer je te maken krijgt met agressie en intimidatie kunt je 24/7 contact opnemen met het Ondersteuningsteam Weerbaar Bestuur. Het Ondersteuningsteam is telefonisch bereikbaar op 070-373 8314. Je komt dan in contact met een van onze vertrouwenspersonen. Voor eventuele vragen over het ondersteuningsteam: het secretariaat van de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden via 070-373 8195 of mail: info@raadsleden.nl
Teruglezen
De eerdere interviews in deze reeks gesprekken over omgang met agressie en intimidatie en het belang van het ondersteuningsteam:
Joyce Langenacker, burgemeester: “Creëer een veilige omgeving waar mensen hun ervaringen kunnen delen”
Frank van der Meijden, burgemeester: “Ik wil anderen behoeden voor de valkuilen waar ik zelf in gestapt ben”
Jurgen van Houdt, wethouder: “Onder politiebegeleiding naar de kerk is heftig”
Eline Lauret, raadslid: “In elke raad een agressieprotocol, zo snel mogelijk”
Letty Demmers, ex-burgemeester, Ombudsfunctionaris bij de Nationale Politie: “Het is erg belangrijk je open te stellen voor beveiliging”
Winnie Prins, ex-wethouder Zeewolde: “Je hart slaat een keer over als een auto naast je stopt"
Daniel van Schijndel, raadslid: "Door te sparren met een collega voel je je niet zo alleen"