Luuk van Straten: “Je bent nooit te jong om verantwoordelijkheid te nemen”

Luuk van Straten: “Je bent nooit te jong om verantwoordelijkheid te nemen”

Luuk van Straten (geboren in 2000)

Raadslid in Oirschot (Sociaal Progressief Oirschot) sinds 2024

Aan ambitie geen gebrek! Luuk van Straten is al sinds zijn zeventiende politiek actief en hoopt ooit in de Europese of anders op z’n minst in de landelijke politiek een rol van betekenis te spelen. “Vanaf de zijlijn roepen dat dingen anders moeten, is niks voor mij. Ik pak dan graag zelf die verantwoordelijkheid. En volgens mij ben je daar nooit te jong voor.”

Luuk van Straten stond bij de vorige verkiezingen op plek drie van de lijst Sociaal Progressief Oirschot. De partij ging van drie naar twee zetels en dus ging het raadslidmaatschap aan zijn neus voorbij. Hij werd burgerraadslid en kon zo alvast voorzichtig warmdraaien voor ‘het echte werk’. “In 2024 stopte een ouder raadslid van onze partij en toen kreeg ik de kans om in te stappen. Een kans die ik met beide handen heb aangegrepen.”

Niet alleen grijze mannen

De Brabantse twintiger merkt dat zijn jonge leeftijd regelmatig een aangename verrassing is. Het beeld dat gemeenteraadsleden meestal grijze mannen zijn, blijkt volgens hem behoorlijk hardnekkig. “Ik krijg vaak leuke reacties. En als dat een opmerking is van een leeftijdgenoot, zal ik het niet nalaten om te zeggen dat hij of zij zelf ook die stap zou kunnen zetten.” Hij vertelt dat de gemeente Oirschot best actief is om jongeren meer bij de politiek te betrekken. Zo is er speciale aandacht voor jongeren die voor het eerst mogen stemmen en er wordt jaarlijks een gratis cursus Politiek Actief georganiseerd, waarbij deelnemers onder meer een kijkje achter de schermen van de gemeenteraad krijgen.

Kwaliteit voorop

De gemeenteraad van Oirschot is volgens Luuk een redelijk goede afspiegeling van de lokale samenleving. De man-vrouwverhouding, leeftijdsopbouw en verhouding tussen praktisch en theoretisch geschoolden is aardig op orde. Hij vindt niet dat daar extra op gestuurd moet worden. “Het gaat wat mij betreft om de kwaliteit van de raad. Als er goede mensen zitten, maakt het volgens mij niet uit of het een man of een vrouw is of wat voor achtergrond iemand heeft.” Hij merkt wel dat zijn mening vaak gevraagd wordt als het om typisch jongerenonderwerpen gaat. Zo ligt een onderwerp als betaalbare woningen hem na aan het hart. “Ik heb zelf net een appartementje kunnen kopen en weet maar al te goed hoe moeilijk het voor leeftijdsgenoten is om op zichzelf te gaan wonen. Dat perspectief kan ik goed voor het voetlicht brengen.”

Ingewikkeld taalgebruik

Luuk ziet nog wel wat hobbels voor het realiseren van een meer inclusieve raad. Hij constateert bijvoorbeeld dat het voor minima niet aantrekkelijk is om raadslid te zijn, omdat de inkomsten gekort worden op hun uitkering. “Ik hoor regelmatig dat dit mensen echt afschrikt. Ontzettend jammer en daar valt volgens mij nog een wereld te winnen.” Hij denkt ook dat het taalniveau een barrière kan zijn. Zowel praktisch geschoolde Nederlanders als inwoners met een andere moedertaal kunnen opzien tegen het soms ingewikkelde taalgebruik. “Ik begrijp best dat het niet eenvoudig is om dat zelf aan te kaarten. Mensen zijn bang het etiketje ‘dom’ opgeplakt te krijgen. Ik ben mij daar wel van bewust en probeer mijn taalgebruik niet onnodig ingewikkeld te maken. Binnen onze raad zijn er ook verschillende initiatieven op dat vlak en dat is een goede zaak.”

Contact met achterban

Om mensen met verschillende achtergronden te enthousiasmeren voor het raadslidmaatschap denkt Luuk dat het nodig om meer aandacht te geven aan het bestaan en het belang van de gemeenteraad. “Veel mensen hebben helemaal geen idee dat er zoiets als een lokale overheid bestaat en weten niet dat de impact van de lokale raad op je dagelijks leven soms veel groter is dan van de landelijke overheid. Als je dat niet beseft, komt het niet in je op om je daarvoor in te zetten. Ik vertel dat verhaal in mijn eigen netwerk en zo probeer ik meer jongeren enthousiast te krijgen.” Hij vindt het contact met de achterban sowieso een van de belangrijkste onderdelen van zijn werk als raadslid. Om echt te weten wat inwoners nodig hebben, gaat hij vaak het gesprek met ze aan. “Je komt dan tot veel betere voorstellen die aansluiten op wat mensen écht nodig hebben. Bijkomend voordeel is dat je ze betrekt bij de politiek en het vertrouwen daarin kunt herstellen of vergroten. En dat is hard nodig.”

Ook benieuwd naar de andere artikelen in het Magazine 'Een raad van en voor iedereen'? Klik hier en ontdek de themapagina.