Minister Ivo Opstelten van Veiligheid en Justitie hield de openingsrede van het grote jaarcongres van de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden. Hij ging in op de nieuwe politiewet en de rol van de gemeenteraad met betrekking tot de gemeentelijke veiligheidsplannen. Tijdens zijn toespraak hadden de bezoekers de kans hun vragen via hun mobiel of iPad door te sturen.
De minister beantwoordde ter plekke enkele vragen. Omdat er niet voldoende tijd was om op alle vragen in te gaan, heeft Opstelten naderhand via de mail de overige vragen beantwoord. U leest ze hieronder:
"Hoewel C2000 voldoet aan de eisen met betrekking tot beschikbaarheid en dekking, is elke storing in C2000 is er een te veel. Het is zaak om die storingen zoveel mogelijk te voorkomen dan wel zo snel mogelijk te verhelpen. Ik zet mij daarvoor in. Maar het blijft techniek. En geen enkele techniek is volkomen foutloos. Het OOV-veld en het ministerie van VenJ werken gezamenlijk aan het verder verbeteren van C2000.
Bij het veld (Veiligheidsberaad en koepelorganisaties) ligt de nadruk op een beter gebruik van het systeem bij calamiteiten. Hulpverleners worden opnieuw opgeleid en C2000 zal aan de hand van de ervaringen met grote calamiteiten zowel regionaal als landelijk beter worden ingericht.
Het ministerie van VenJ richt zich op het verbeteren van de dekking. In de komende twee jaren zullen 53 dekkingsproblemen versneld worden weggewerkt. Daartoe zullen er 61 opstelpunten worden bijgebouwd."
"De Commissaris de Koning heeft in het nieuwe bestel geen rol ten aanzien van de politie. De rol ten aanzien van de veiligheidsregio's en de burgemeesters verandert verder niet."
"Het vervoer van gevaarlijke stoffen in Nederland over weg, spoor en binnenwater vindt in de nabije toekomst plaats over het wettelijk vastgelegde basisnet. Bij de totstandkoming daarvan is door het ministerie van Infrastructuur en Millieu intensief overleg gepleegd met IPO en VNG over het totale basisnet en met gemeenten indien er sprake was van risicoknelpunten (zones waar het plaatsgebonden risico hoger is dan de wettelijke norm).
Gemeenteraadsleden kunnen via B en W geïnformeerd worden over dit overleg. Verder zijn gemeenteraadsleden betrokken bij de besluitvorming over de ruimtelijke planning en bouwprojecten nabij wegen, spoorlijnen en binnenwateren. Bij de ruimtelijke planning en bouwprojecten kunnen, gegeven de vervoersstromen van het basisnet, talloze veiligheidsmaatregelen getroffen worden."
"De 10 nieuwe regionale eenheden zijn congruent met de buitengrenzen van de veiligheidsregio's. Anders gezegd, een regionale eenheid omvat één of meerdere veiligheidsregio's maar een veiligheidsregio valt nooit binnen twee regionale eenheden."
"Door de opschaling zal de politie flexibeler kunnen inspelen op lokale veiligheidsvraagstukken. De politie gaat effectiever, efficiënter en nog professioneler werken, de inwoners gaan daar de vruchten van plukken."
"De dierenpolitie is in goed overleg met de korpsbeheerders en het OM één van de landelijke beleidsdoelstellingen geworden. Het is in de nieuwe situatie aan de burgemeesters en de hoofdofficier van justitie om in het beleidsplan van de regionale eenheid de sterkte te verdelen over de onderdelen van de eenheid. Dit geldt ook voor de dierenpolitie."
"Ik ervaar dat de burgemeesters positief staan ten opzichte van de nationale politie. Ook op het congres van het Nederlands Genootschap van Burgemeesters trof ik een positieve houding van burgemeesters ten opzichte van de nationale politie aan, al zijn zij op sommige punten nog wel kritisch. Zoals één van de burgemeesters zei 'dit is een momentum dat we moeten gebruiken'."
"Het gezag bepaalt de inzet van de politie. Het gezag bepaalt dus wat de politie doet. De korpschef is er verantwoordelijk voor dat de politie zodanig is toegerust om aan de vragen van het gezag te voldoen."
"Aan de landelijke prioriteiten verandert door deze stelselwijziging niets. Net als nu komen de landelijke beleidsdoelstellingen straks bottom-up tot stand. De regioburgemeesters en de voorzitter van het college van procureurs-generaal vertolken hierbij de gezichtspunten van het gezag in het overleg met de minister. Zo staan lokale veiligheidsvraagstukken aan de basis van landelijke doelstellingen. Verder worden deze doelstellingen lokaal opgepakt naar rato van het lokale probleem. Als ergens een probleem niet speelt en de raad, de burgmeester en de officier van justitie daarom andere inzet van de politie willen, dan gebeurt dat."
"Het gezag stuurt de inzet van de politie. Een probleem als dat hier geschetst wordt kan door de raad bij de burgemeester als prioritair worden aangedragen. Deze zal dan in de driehoek moeten bespreken hoe de politie dit probleem gaat aanpakken."