Bijna de helft raadsleden nieuw begonnen in 2018

Bijna de helft raadsleden nieuw begonnen in 2018

Van de 7.991 raadsleden die op 29 maart 2018 als raadslid zijn geïnstalleerd, zijn 3.429 raadsleden voor het eerst begonnen als volksvertegenwoordiger. De nieuwe raadsperiode 2018-2022 is daardoor begonnen met 42,91 procent nieuwe raadsleden. Nieuwe raadsleden zijn er vooral in grote gemeenten, zoals Rotterdam, Almere en Tilburg. De meeste nieuwe raadsleden verhoudingsgewijs zijn in Olst-Wijhe en Zandvoort; in beide gemeenteraden is 70,59 procent van de raadsleden nieuw.

Dit blijkt uit de rapportage Nieuwe raadsleden, een onderzoek van de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden naar het aantal nieuwe raadsleden.
Uit het onderzoek blijkt dat naarmate gemeenten groter zijn er meer nieuwe raadsleden in de raad zijn benoemd. In gemeenten tot 24 duizend inwoners is het aantal nieuwe raadsleden minder dan 40 procent. In gemeenten met 24 tot 150 duizend inwoners is het aantal nieuwe raadsleden tussen 40 en 50 procent. In gemeenten met meer dan 150 duizend inwoners bedraagt het aantal nieuwe raadsleden meer dan de helft.

Als het aantal nieuwe raadsleden in absolute cijfers wordt afgezet tegen het totaal aan raadsleden, resulteert dat in de volgende top-10:

  1. Rotterdam (31 nieuwe raadsleden – 45 in totaal)
  2. Almere (28 nieuwe raadsleden – 45 in totaal)
  3. Tilburg (28 nieuwe raadsleden – 45 in totaal)
  4. Dordrecht (27 nieuwe raadsleden – 39 in totaal)
  5. Eindhoven (27 nieuwe raadsleden – 45 in totaal)
  6. Den Haag (25 nieuwe raadsleden – 45 in totaal)
  7. Utrecht (24 nieuwe raadsleden – 45 in totaal)
  8. Amsterdam (23 nieuwe raadsleden – 45 in totaal)
  9. Venlo (23 nieuwe raadsleden – 39 in totaal)
  10. Leiden (22 nieuwe raadsleden – 39 in totaal)

Verhoudingsgewijs

Sommige kleine gemeenten hebben verhoudingsgewijs heel veel nieuwe raadsleden, waaronder Vlieland en Olst-Wijhe. De top-10 van gemeenten met nieuwe raadsleden afgezet tegen het aantal raadsleden ziet er procentueel als volgt uit:

  1. Olst-Wijhe (70,59%)
  2. Zandvoort (70,59%)
  3. Dordrecht (69,23%)
  4. Rotterdam (68,89%)
  5. Heemstede (66,67%)
  6. Vlieland (66,67%)
  7. Voorschoten (66,67)
  8. Bodegraven-Reeuwijk (65,22%)
  9. Brielle (64,71%)
  10. Den Helder (64,52%)

Vergelijking met 2014

In vergelijking met vier jaar geleden is het opvallend dat het aantal nieuwe raadsleden in de gemeenteraden nagenoeg hetzelfde is. In 2014 was 42,8 procent van de raadsleden, na de raadsverkiezingen, nieuw in de gemeenteraad. Vier jaar later, in 2018, is het percentage 42,91 procent nieuwe raadsleden. Ook toen was zichtbaar dat de gemeenteraden meer nieuwe raadsleden tellen naarmate de gemeente meer inwoners heeft.

Koplopers in 2014 met nieuwe raadsleden waren Lisse (78,95 procent), Tubbergen (73,68 procent), Amsterdam (73,33 procent), Menterwolde (73,33 procent), Veendam (71,43 procent), Apeldoorn (69,23 procent), Heemskerk (68 procent), Den Bosch (66,67 procent), Zutphen (65,52 procent) en Haren (64,61 procent).

Herindelingsverkiezingen

Woensdag 21 november zijn er herindelingsverkiezingen in 37 gemeenten. Deze gemeenten zijn logischerwijs niet meegenomen in het onderzoek. Dit geldt ook voor de gemeenten die in 2017 al herindelingsverkiezingen hebben gehad.

Toerusting nieuwe raadsleden

Nieuwe raadsleden zijn op de nieuwe raadsperiode voorbereid met bijeenkomsten voor kandidaat-raadsleden, georganiseerd door de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden en Vereniging van Griffiers. Nieuwe raadsleden worden ingewerkt door inwerkprogramma’s van de eigen griffier. Tevens is er voor nieuwe raadsleden sinds 29 maart een digitale leeromgeving waar raadsleden op elk moment informatie kunnen vinden hoe zij het raadswerk kunnen uitvoeren.

Meer info over het onderzoek

Een volledig overzicht van het aantal nieuwe raadsleden per gemeente is te vinden in het rapport van de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden: ‘Nieuwe raadsleden – Een vergelijking tussen 2014 en 2018.